Traditioneel feesten we in de maand december wat af. Sinterklaas is het land nog niet uit of de […]
Vlak voor de laatste jaarwisseling heeft de wetgever een duidelijke termijn voor het doen van een btw-suppletie ingevoerd. Een ondernemer die constateert dat hij te weinig btw heeft aangegeven en afgedragen, moet met ingang van 1 januari 2025 binnen acht weken na deze constatering een btw-suppletie indienen. Voorheen gold de eis van een ‘zo spoedig mogelijke’ suppletie.
Uiterste termijn
Heeft een ondernemer te weinig btw aangegeven in zijn btw-aangiften en afgedragen aan de belastingdienst, dan is hij verplicht dit te corrigeren door middel van een btw-suppletie. Tot en met 2024 moest een ondernemer dit zo spoedig mogelijk doen nadat hij constateerde dat te weinig btw was aangegeven en afgedragen. Vanaf 2025 moet de ondernemer dit binnen acht weken na deze constatering doen. ‘Zo spoedig mogelijk’ kent vanaf 2025 daarom een uiterste termijn van acht weken.
De regel dat de ondernemer de btw-suppletie moet indienen voordat hij weet (of redelijkerwijs moet vermoeden) dat de belastingdienst al bekend was (of zou worden) met de te weinig aangegeven en afgedragen btw, wijzigt niet en blijft ook na 1 januari 2025 gewoon in stand.
De termijn van acht weken is gelijk aan de termijn die geldt voor het indienen van een correctiebericht loonheffingen. Hiermee geldt dus voor de btw en de loonheffingen vanaf 2025 eenzelfde termijn voor de correctie van een eerdere aangifte.
Overgangsrecht
De termijn van acht weken geldt vanaf 1 januari 2025. Er geldt overgangsrecht voor ondernemers die vóór 1 januari 2025 al constateerden dat ze een btw-suppletie moesten doen.
Voor hen begint op 1 januari 2025 de termijn van acht weken te lopen. Zij moeten dus vóór 26 februari 2025 een btw-suppletie hebben ingediend.
Btw-suppletie € 1.000 of minder
Moet een ondernemer € 1.000 of minder btw suppleren, dan doet hij dat niet door middel van een btw-suppletie. De ondernemer verwerkt deze correctie namelijk gewoon in zijn eerstvolgende btw-aangifte.
Boete
Bij een tijdige btw-suppletie (‘vrijwillige verbetering’) legt de belastingdienst geen vergrijpboete op. Wel kan de belastingdienst een betaalverzuimboete van 3% van het verschuldigde btw-bedrag met een maximum van € 5.514 opleggen, tenzij het te betalen btw-bedrag minder is dan € 20.000 of minder is dan 10% van het (btw-)belastingbedrag dat over het suppletiejaar is betaald.
Belastingrente
De belastingdienst berekent vanaf 1 januari 2025 6,5% belastingrente als de btw-suppletie leidt tot een te betalen btw-bedrag. Moet de ondernemer over het belastingjaar 2024 btw suppleren, dan kan hij belastingrente voorkomen door vóór 1 april 2025 de btw-suppletie in te dienen. In dat geval berekent de belastingdienst geen belastingrente.
Let op!
Dient de ondernemer vóór 1 april 2025 zijn btw-suppletie 2024 in, dan voorkomt hij weliswaar de belastingrente. Maar als de ondernemer al eerder constateerde dat hij btw over 2024 moest suppleren en hij doet dit niet binnen acht weken na deze constatering, dan kan de belastingdienst mogelijk wel een vergrijpboete opleggen! De deadline van 1 april 2025 is dus niet langer de enige van belang zijnde deadline.
Heb je vragen of advies nodig over de omzetbelasting, neem daarvoor dan contact op met onze omzetbelastingspecialist Albert de Jager.

Op 6 juni 2024 heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in een vijftal box 3 zaken. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het huidige box 3-stelsel onvoldoende rekening houdt met het werkelijk rendement en dat de overheid deze omissie moet aanpassen.
Steeds vaker krijgen onze adviseurs de vraag of werkgevers hun werknemers, liefst op een fiscaal zo vriendelijk mogelijke manier, kunnen helpen bij de verduurzaming van bijvoorbeeld hun woning. Wat zijn de mogelijkheden en waar moet op worden gelet?
De belastingrentes zijn dit jaar opnieuw fors gestegen. Met ingang van 1 januari 2024 kent de vennootschapsbelasting een belastingrentepercentage van 10%.
In box 3 worden fictieve rendementen gebruikt om de belastinggrondslag te bepalen. Voor de categorie contanten, spaar- en banktegoeden, beleggingen en andere bezittingen, en schulden worden aparte rendementspercentages toegepast.
Er zijn voorstellen ingediend tot wijziging van de belasting- en invorderingsrente per 1 januari 2024. Doel hiervan is om de onderlinge verschillen tussen de diverse rentepercentages te verkleinen.
Het kabinet presenteerde op Prinsjesdag 2023 de Miljoenennota 2024 en dus ook het Belastingplan 2024.
Het voorstel is om de zogenaamde samenloopvrijstelling zodanig te wijzigen dat in ieder geval heffing van overdrachtsbelasting plaatsvindt.
Enkele weken geleden heeft het kabinet de jaarlijkse Voorjaarsnota aangeboden aan de Tweede Kamer. Welke fiscale maatregelen die het kabinet voor ogen heeft vallen daarin op? De belangrijkste vatten wij onderstaand voor jou samen.
Jarenlang is de Belastingdienst uitgegaan van een forfaitair rendement van gemiddeld 4 procent voor belastingheffing in box 3. In deze box wordt inkomen uit vermogen belast rekening houdend met eventuele schulden.
Eind 2022 is het voorstel van de nieuwe heffingssystematiek door ons parlement aangenomen en met dit stelsel zullen we het, naar het op dit moment naar uitziet, tot 2026 moeten doen.
Het kabinet heeft na eerdere aankondigingen de willekeurige afschrijving geherintroduceerd. Op investeringen die zijn of worden gedaan in 2023 is onder voorwaarden willekeurige afschrijving tot 50% toegestaan.
Per 1 januari 2023 zijn de regels rondom het gebruikelijk loon van een directeur-grootaandeelhouder (hierna: DGA) gewijzigd. De veel toegepaste doelmatigheidsmarge van 75% is vervallen. Daarnaast is het minimum bedrag van € 48.000 verhoogd naar € 51.000.
In de praktijk bestaat al enige tijd discussie over het antwoord op de vraag of voorafgaand aan het moment van sloop fiscaal een zogenoemde sloopafwaardering van de boekwaarde naar de grondwaarde van het te slopen bedrijfsmiddel in aanmerking kan worden genomen.
Op Prinsjesdag 2022 is overbruggende wetgeving voor toepassing van box 3 voor de jaren 2023 tot en met 2025 aangekondigd. De overbruggende wetgeving betreft de zogenoemde forfaitaire spaarvariant.
Het kabinet presenteerde op Prinsjesdag 2022 de Miljoenennota 2023 en dus ook het Belastingplan 2023.
De levering van een onroerende zaak, die al minstens twee jaar in gebruik is, is in beginsel vrijgesteld van omzetbelasting. Deze vrijgestelde levering heeft gevolgen voor de verkoper als de onroerende zaak zich nog in de herzieningsperiode bevindt.
Zonder gebruik van de Europese ‘One-Stop-Shop’ regeling (“OSS”) zijn buitenlandse btw-registraties met bijkomende buitenlandse btw aangifteverplichtingen noodzakelijk.
Per 2025 is vervolgens de invoering van ‘een nieuw, solide stelsel met belastingheffing op basis van werkelijk rendement’ beoogd. Wat betekent dit voor de vastgoedeigenaar?
Wil je weten waar je aan toe bent dan kun je altijd contact opnemen met je adviseur bij Hoek en Blok. Hij of zij kan je helpen met een berekening van je persoonlijke box 3 positie.
Vanaf 1 april 2022 is de coronamaatregel voor bijzonder uitstel van betaling voor belastingschulden geëindigd. Vanaf deze datum moet je als ondernemer weer voldoen aan alle nieuwe belastingbetalingsverplichtingen.
Met enige regelmaat ontstaat er tussen een belanghebbende en de belastingdienst discussie over het antwoord op de vraag of er na sloop nog sprake is van bebouwde grond dan wel een bouwterrein is ontstaan.
Heb jij in het verleden geen (massaal) bezwaar aangetekend tegen de box 3-heffing in jouw aanslag(en) inkomstenbelasting en ben jij door dit arrest van gedachten veranderd? Geef dit dan door aan jouw contactpersoon bij Hoek en Blok.
In het regeerakkoord van het nieuwe kabinet Rutte-IV staat een aantal fiscale voornemens. Eén daarvan is de afschaffing van de zogenaamde ‘jubelton’. Wat is dat en kan je daar op anticiperen?
Vanwege de tariefsdifferentiatie in de overdrachtsbelasting is de toepassing van de zesmaandenregeling ook gewijzigd. Hoe gaat deze regeling in z’n werk?
De registratie van de doorlopende machtiging hebben we voor al onze klanten al bij de belastingdienst aangevraagd. Binnenkort ontvang je hierover van de belastingdienst een registratiebrief.
Wil je meer weten over de fiscale aspecten van de verkrijging van aandelen in een onroerendezaakrechtspersoon? Neem dan contact op met onze vastgoedspecialist Albert de Jager.
In deze Hoek en Blog-serie volgen we het wel en wee van Jeroen, relatiebeheerder bij Hoek en Blok.
In deze Hoek en Blog-serie volgen we het wel en wee van Jeroen, relatiebeheerder bij Hoek en Blok.
Ouders die na een echtscheiding de zorg voor een of meer kinderen jonger dan 12 jaar verdelen en daarnaast werken, kunnen beiden recht hebben op de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK).
Heb je als particulier in 2020 zonnepanelen aangeschaft en de btw nog niet teruggevraagd? Dan moet je vóór 1 juli 2021 in actie komen. Doe je dat niet, dan loop je het risico de btw niet meer terug te krijgen van de Belastingdienst.
Als je personeel inhuurt van een derde, kun je aansprakelijk gesteld worden voor de premies en belastingen die deze derde moet afdragen. Daarom is het van belang maatregelen te nemen om deze zogenaamde inlenersaansprakelijkheid te voorkomen.
De vastgoedspecialisten van Hoek en Blok vertellen graag meer over de diverse mogelijkheden.
Op 12 november 2020 publiceerde wij eerder al nieuws rondom de BIK. Hieronder een aanvulling.
Wil je meer informatie over deze Baangerelateerde investeringskorting dan kun je contact opnemen met één van onze adviseurs.
Meestal is het laatste belastingplan voor de verkiezingen niet zo spectaculair. Dit is echter niet het geval met het belastingplan 2021.
Zojuist heeft ons webinar Prinsjesdag live plaatsgevonden. Heeft u deze gemist of wilt u deze nogmaals bekijken? Dan kunt u hier het webinar terugkijken.
