Het kabinet presenteerde op Prinsjesdag 2023 de Miljoenennota 2024 en dus ook het Belastingplan 2024. Deze special bevat voorstellen van […]
In de praktijk bestaat al enige tijd discussie over het antwoord op de vraag of voorafgaand aan het moment van sloop fiscaal een zogenoemde sloopafwaardering van de boekwaarde naar de grondwaarde van het te slopen bedrijfsmiddel in aanmerking kan worden genomen. Dit naar aanleiding van het zogenoemde Warenhuisarrest. Hierin besliste de Hoge Raad dat bij twee door de bedrijfsuitoefening versleten kassencomplexen die werden vervangen door een nieuw kassencomplex van vrijwel dezelfde omvang als de gesloopte complexen, in dit specifieke geval een sloopafwaardering van de boekwaarde naar de marktwaarde van de onderliggende grond was toegestaan. En dat levert uiteraard een lagere belastbare winst op.
Bedrijfsvastgoed woningcorporatie
Afgelopen 23 september heeft de Hoge Raad het langverwachte antwoord op bovenstaande vraag gegeven. Een woningcorporatie exploiteerde sociale huurwoningen. In het kader van herontwikkelingsprojecten sloopte de woningcorporatie in totaal 90 sociale huurwoningen en bouwde daarvoor in de plaats 66 nieuwe sociale huurwoningen, 27 vrijesectorhuurwoningen en 20 koopwoningen. In de procedure lag de vraag voor of de woningcorporatie de boekwaarde van de gesloopte sociale huurwoningen ten laste van haar belastbare winst mocht afwaarderen, verder dan de (lagere) bedrijfswaarde van de sloopwoningen, namelijk tot de markwaarde van de onderliggende grond. Hiermee zou de boekwaarde van de opstallen van de sociale huurwoningen feitelijk tot nihil worden afgewaardeerd. Deze afwaardering zou volgens de woningcorporatie plaats mogen vinden op basis van het Warenhuisarrest.
Als uitgangspunt voor zijn antwoord formuleert de Hoge Raad de hoofdregel, namelijk dat in het geval een bestaand gebouw wordt gesloopt om een nieuw gebouw te stichten, de kostprijs van het nieuwe gebouw wordt gevormd door de boekwaarde (of lagere bedrijfswaarde) van het gesloopte gebouw (inclusief de grond), vermeerderd met de bouwkosten van het nieuwe pand.
Daarbij overweegt de Hoge Raad dat in het geval de functie van het nieuwe gebouw als bedrijfsmiddel van de belastingplichtige niet wezenlijk afwijkt van de functie van het oude gebouw, de boekwaarde (of lagere bedrijfswaarde) van de opstal van het gesloopte gebouw moet worden toegerekend aan de opstal van het nieuwe gebouw. Wijkt de functie van het nieuwe gebouw daarentegen wel wezenlijk af van de functie van het gesloopte gebouw, dan moet de boekwaarde (of lagere bedrijfswaarde) van de opstal van het gesloopte gebouw volgens de Hoge Raad worden toegerekend aan de ondergrond van het nieuwe gebouw. Deze laatste regel is volgens de Hoge Raad ook van toepassing wanneer een belastingplichtige grond met daarop een gebouw aankoopt, het gebouw sloopt en een nieuw gebouw bouwt op de vrijgekomen grond. In dat geval moet namelijk worden aangenomen dat de belastingplichtige de boekwaarde (of lagere bedrijfswaarde) primair opoffert om de grond vrij te maken voor de stichting van het nieuwe gebouw.
Antwoord Hoge Raad
Vervolgens formuleert de Hoge Raad zijn antwoord op bovengenoemde vraag over de sloopafwaardering na het Warenhuisarrest. Volgens de Hoge Raad is het in uitzonderlijke gevallen toegestaan dat de boekwaarde of lagere bedrijfswaarde van het gesloopte gebouw direct en volledig ten laste van de belastbare winst van belastingplichtige wordt gebracht. Van een dergelijk uitzonderlijk geval is sprake als aan de volgende cumulatieve voorwaarden wordt voldaan:
- het gesloopte gebouw werd als bedrijfsmiddel in de onderneming gebruikt
- het gesloopte gebouw was door de bedrijfsuitoefening zodanig versleten dat daaraan voorafgaande aan de sloop alleen nog waarde kon worden toegekend in de vorm van een mogelijke opbrengst van het sloopmateriaal
- het nieuwe gebouw vervult binnen de onderneming van belastingplichtige wezenlijk dezelfde functie als het gesloopte gebouw (functionele voortzetting).
In de praktijk vormt de tweede voorwaarde veelal ‘het probleem’, omdat het gebouw in de markt doorgaans meer zal opbrengen dan louter sloopmateriaal. Wordt echter niet aan al deze voorwaarden voldaan dan is het een belastingplichtige niet toegestaan om de boekwaarde of lagere bedrijfswaarde van het gesloopte gebouw direct en volledig ten laste van de winst te brengen. En daar zal het hem toch meestal om te doen zijn.
Heb jij vragen over de fiscale gevolgen van sloop en nieuwbouw van vastgoed, aarzel dan niet om daarover contact op te nemen met onze specialist Albert de Jager.
Vooraf In de btw is het uitgangspunt dat er 21% btw verschuldigd is door de verkoper bij de […]
Enkele weken geleden heeft het kabinet de jaarlijkse Voorjaarsnota aangeboden aan de Tweede Kamer. Welke fiscale maatregelen die […]
Jarenlang is de Belastingdienst uitgegaan van een forfaitair rendement van gemiddeld 4 procent voor belastingheffing in box 3. […]
In onze vastgoednieuwsbrief van juni 2022 informeerden wij je al over het voorstel van de nieuwe heffingssystematiek in […]
Het kabinet heeft na eerdere aankondigingen de willekeurige afschrijving geherintroduceerd. Op investeringen die zijn of worden gedaan in […]
Per 1 januari 2023 zijn de regels rondom het gebruikelijk loon van een directeur-grootaandeelhouder (hierna: DGA) gewijzigd. De […]
Op Prinsjesdag 2022 is overbruggende wetgeving voor toepassing van box 3 voor de jaren 2023 tot en met […]
Het kabinet presenteerde op Prinsjesdag 2022 de Miljoenennota 2023 en dus ook het Belastingplan 2023. Deze special bevat […]
De levering van een onroerende zaak, die al minstens twee jaar in gebruik is, is in beginsel vrijgesteld […]
Zonder gebruik van de Europese ‘One-Stop-Shop’ regeling (“OSS”) zijn buitenlandse btw-registraties met bijkomende buitenlandse btw aangifteverplichtingen noodzakelijk.
Per 2025 is vervolgens de invoering van ‘een nieuw, solide stelsel met belastingheffing op basis van werkelijk rendement’ beoogd. Wat betekent dit voor de vastgoedeigenaar?
Wil je weten waar je aan toe bent dan kun je altijd contact opnemen met je adviseur bij Hoek en Blok. Hij of zij kan je helpen met een berekening van je persoonlijke box 3 positie.
Vanaf 1 april 2022 is de coronamaatregel voor bijzonder uitstel van betaling voor belastingschulden geëindigd. Vanaf deze datum moet je als ondernemer weer voldoen aan alle nieuwe belastingbetalingsverplichtingen.
Met enige regelmaat ontstaat er tussen een belanghebbende en de belastingdienst discussie over het antwoord op de vraag of er na sloop nog sprake is van bebouwde grond dan wel een bouwterrein is ontstaan.
Heb jij in het verleden geen (massaal) bezwaar aangetekend tegen de box 3-heffing in jouw aanslag(en) inkomstenbelasting en ben jij door dit arrest van gedachten veranderd? Geef dit dan door aan jouw contactpersoon bij Hoek en Blok.
In het regeerakkoord van het nieuwe kabinet Rutte-IV staat een aantal fiscale voornemens. Eén daarvan is de afschaffing van de zogenaamde ‘jubelton’. Wat is dat en kan je daar op anticiperen?
Vanwege de tariefsdifferentiatie in de overdrachtsbelasting is de toepassing van de zesmaandenregeling ook gewijzigd. Hoe gaat deze regeling in z’n werk?
De registratie van de doorlopende machtiging hebben we voor al onze klanten al bij de belastingdienst aangevraagd. Binnenkort ontvang je hierover van de belastingdienst een registratiebrief.
Wil je meer weten over de fiscale aspecten van de verkrijging van aandelen in een onroerendezaakrechtspersoon? Neem dan contact op met onze vastgoedspecialist Albert de Jager.
In deze Hoek en Blog-serie volgen we het wel en wee van Jeroen, relatiebeheerder bij Hoek en Blok.
In deze Hoek en Blog-serie volgen we het wel en wee van Jeroen, relatiebeheerder bij Hoek en Blok.
Ouders die na een echtscheiding de zorg voor een of meer kinderen jonger dan 12 jaar verdelen en daarnaast werken, kunnen beiden recht hebben op de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK).
Heb je als particulier in 2020 zonnepanelen aangeschaft en de btw nog niet teruggevraagd? Dan moet je vóór 1 juli 2021 in actie komen. Doe je dat niet, dan loop je het risico de btw niet meer terug te krijgen van de Belastingdienst.
Als je personeel inhuurt van een derde, kun je aansprakelijk gesteld worden voor de premies en belastingen die deze derde moet afdragen. Daarom is het van belang maatregelen te nemen om deze zogenaamde inlenersaansprakelijkheid te voorkomen.
De vastgoedspecialisten van Hoek en Blok vertellen graag meer over de diverse mogelijkheden.
Op 12 november 2020 publiceerde wij eerder al nieuws rondom de BIK. Hieronder een aanvulling.
Wil je meer informatie over deze Baangerelateerde investeringskorting dan kun je contact opnemen met één van onze adviseurs.
Meestal is het laatste belastingplan voor de verkiezingen niet zo spectaculair. Dit is echter niet het geval met het belastingplan 2021.
Zojuist heeft ons webinar Prinsjesdag live plaatsgevonden. Heeft u deze gemist of wilt u deze nogmaals bekijken? Dan kunt u hier het webinar terugkijken.
