In Nederland worden jaarlijks meer dan 6500 Europese octrooien aangevraagd. Hiermee doen we niet onder voor andere EU-landen. In 2022 vroegen alleen Duitsland en Frankrijk meer octrooien aan per inwoner. Deze octrooien zijn van belang omdat ze ondernemers tijd, geld en energie besparen, voor het beschermen van hun uitvindingen. Tot op heden was het systeem echter versnipperd binnen Europa. Om een uitvinding binnen Europa te beschermen moest een ondernemer bij 17 landen een octrooiaanvraag indienen, ieder met eigen administratieve verplichtingen en vertaaleisen. Vanaf juni is dit verleden tijd. Met de oprichting van het unitair octrooi kan een ondernemer op 1 plek een octrooiaanvraag indienen dat geldig is in 17 landen.

Per juni 2023 1 octrooisysteem

Met de ingang van het nieuwe Europese octrooisysteem opent ook de Europese rechtbank voor octrooirechtszaken. Deze rechtbank, ook wel The Unified Patent Court (UPC), kent twee hoofdvestigingen. De hoofdvestigingen bevinden zich in München en Parijs. Daarnaast opent er een lokale vestiging in Den Haag. Deze lokale vestiging zal vooral een uitkomst bieden voor het innovatieve mkb, zij kunnen zo gemakkelijk in Nederland procederen in zowel het Engels als het Nederlands.

17 Europese landen

De 17 europese landen zijn naast Nederland, België, Bulgarije, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Italië, Letland, Litouwen Luxemburg, Malta, Oostenrijk, Portugal, Slovenië en Zweden. Andere Europese landen kunnen zich later nog aansluiten.

Bij IMC zien ze in de dagelijkse subsidiepraktijk en bij regelingen zoals de WBSO, regelmatig situaties waarbij ondernemers terughoudend zijn rond patentaanvragen. Dat kan nadelig uitpakken, want in een aantal situaties is bijvoorbeeld de Innovatiebox afhankelijk va de vraag of er al dan niet een patent is. Concreet betekent dit nieuwe octrooisysteem, voor innovatieve ondernemingen minder administratieve rompslomp én kosten bij de bescherming van hun kennis!